Uitspraak Geschillencommissie Kifid nr. 2022-0877


18 oktober 2022 - Hoofdelijke aansprakelijkheid. De consument vindt het onterecht dat de bank alleen haar aanspreekt voor de betaling van de maandelijkse termijnbedragen. Zij vindt dat de bank meer moeite moet doen om ook haar ex-partner aan te spreken.

Karin Kuiken: "Je kunt natuurlijk van alles afspreken en vastleggen in een echtscheidingsconvenant maar dit wil niet zeggen dat een (hypothecaire) financier hiermee akkoord hoeft te gaan. Bij een toedeling van een (hypothecaire) lening of een ander financieringscontract dient altijd een hoofdelijk ontslag plaats te vinden. Indien dit niet mogelijk is heeft de afspraak in het convenant geen enkele waarde. Dit geldt overigens ook voor de (tegenwoordig veel aangegane) Private-Lease contracten!"


De commissie oordeelt dat in de kredietovereenkomst is bepaald dat de consument en haar ex-partner hoofdelijk aansprakelijk zijn. Dat betekent dat de bank ervoor mag kiezen om uitsluitend de consument aan te spreken voor de betaling van de maandtermijnen. De vordering van de consument wordt daarom afgewezen.

Het geschil

Wat is er gebeurd?

2.1 Op 23 juli 2019 hebben de consument en haar toenmalige partner (hierna: "de
ex-partner”) via een bemiddelaar een krediet afgesloten bij de bank. Het gaat om een
krediet van € 40.000,- met een looptijd van 120 maanden en een maandelijks termijnbedrag van € 416,41.

2
In de kredietovereenkomst is opgenomen dat de consument en haar ex-partner
hoofdelijk aansprakelijk zijn:
"Treden meer dan één persoon als Cliënt op, dan zijn zij ieder hoofdelijk voor het geheel
aansprakelijk. Zij machtigen elkaar over een weer om de kredietsom in ontvangst te
nemen.”

2.2 In juni 2020 zijn de consument en haar ex-partner van elkaar gescheiden. In artikel 3.6
van het echtscheidingsconvenant is het volgende afgesproken over het krediet bij de
bank:
"De schuld van partijen bij Interbank per datum van ondertekening van dit convenant ter
grootte van € 38.000, = zal onverdeeld blijven. Partijen zullen ieder de helft bijdragen aan
de afbetaling van deze schuld. Partijen zijn ervan op de hoogte dat zij ieder hoofdelijk
aansprakelijk blijven voor de gemeenschapsschuld. Partijen zullen nadat de echtscheiding is
ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand de Interbank verzoeken om deze
schuld te splitsen en aan ieder van hen een nieuwe lening te verstrekken voor de helft van
de alsdan resterende schuld zodat partijen niet aansprakelijk blijven voor de
gemeenschapsschuld.”

2.3 In maart 2021 is de ex-partner gestopt met het betalen van zijn deel (oftewel de helft)
van de maandelijkse termijnbedragen. De consument is een gerechtelijke procedure
begonnen en op 13 oktober 2021 heeft de rechter de ex-partner (bij verstek)
veroordeeld tot nakoming van artikel 3.6 van het echtscheidingsconvenant. Tot op
heden is de ex-partner dit artikel nog niet nagekomen.

2.4 De consument heeft de bank gevraagd om de lening te splitsen in twee gelijke delen,
één op haar naam, en één op naam van haar ex-partner. De bank heeft dit verzoek niet
gehonoreerd.

De klacht en vordering

2.5 De consument vindt het onterecht dat de bank alleen haar aanspreekt voor de betaling
van de maandelijkse termijnbedragen. Zij vindt dat de bank meer moeite moet doen
om ook haar ex-partner aan te spreken. Of dat de bank alsnog akkoord gaat met het
splitsen van de lening in twee gelijke delen.
Het verweer

2.6 De bank heeft verweer gevoerd tegen de stellingen van de consument. Voor zover
relevant zal de commissie bij de beoordeling daarop ingaan.

Lees de gehele uitspraak via het bronbestand.

Bron KiFid, lees

Geplaatst op: 05 februari 2023

Terug naar blog

© 2024 - Finance & More